zaterdag 15 februari 2014

Kruisjassen, 4 spelers - Spelregels

Kruisjassen, 4 spelers

Typische voorloper van modern Klaverjas.

Kaarten; 32, piket, slagvolgorde en punten;
Troefboer (Jas); 20 - Nel (9 of trumps); 14 - Aas; 11 - Heer; 3 - Dame; 2 - Boer; 1 - 10; 10 - 9-7; 0
Er bevinden zich 5 punten op de laatste slag.

Spelers; 4
Partners bepaal je door "omboeren", deel kaarten per speler uit tot hij een boer heeft, dit doe je voor alle spelers. De spelers met rode boeren worden partners, de spelers met zwarte boeren ook. Partners zitten om en om. Speler met de eerste boer wordt ook de deler.

Delen;
Deler schudt en deelt 8 kaarten (4 bij 4) aan iedere speler. Hij deelt de laatste kaart voor zichzelf omhoog wat de troef aangeeft.

Roemen;
Voordat de eerste kaart aan de eerste slag gespeeld wordt kun je kaarten in je hand roemen;

4 boeren; 200 punten
4 azen, heren of dames; 100 punten
Straat van 5 in dezelfde bloem; 100 punten
Straat van 4 in dezelfde bloem; 50 punten
Straat van 3 in dezelfde bloem; 20
Stuk (heer / vrouw van troef); 20

Roemen van een straat doe je alleen door het aantal kaarten te benoemen, als ook de hoogste kaart. Carré moet je wel specifiek benoemen. Nadat de eerste slag afgerond is moet je de kaarten laten zien. Doet een speler dit niet, dan wordt de roem afgekeurd.

Roem kan worden afgekeurd door de tegenpartij wanneer zij een hogere roem declareren. Alleen de hoogste roem scoort in dit geval. Hoogste roem bepaal je door het hoogste aantal kaarten, of anders door de hoogste kaart in de roem. Je mag alleen roemen als je roem hoger is dan alle roem reeds verklaard. Je mag meerdere soorten roem tegelijk roemen, maar kaarten mogen nooit onderdeel zijn van meer dan één soort roem, behalve stuk. Als 100 of meer roem gedeclareerd wordt op dit punt, speel je wel gewoon de hand uit, de 100 punten tellen gewoon als extra gewonnen hand.

Stuk hoef je niet op dit moment te roemen, dit kun je doen op het moment van het spelen van één van de twee. Stuk kan niet worden afgekeurd.

Roem kan ook in slagen vallen, en telt naar de winnende zijde van de slag als de winnaar deze roem verklaard.

Spelen;
Je moet altijd bedienen als je kunt, echter, je mag altijd troeven als je dat wilt. Je mag nooit een lagere troef spelen dan dat er reeds gespeeld is in de slag, in dat geval dien je een andere kaart op te gooien. Als troef gevraagd wordt moet je ondertroeven.

Punten moeten hardop geteld worden door één van de partners, en "ik dek" zeggen wanneer de 100 bereikt is. Heeft de tegenpartij nog geen 50 gewonnen, dan zijn ze onder jan en wordt de score van de winnende zijde verdubbelt.

Een doormars, of pit, is het behalen van alle slagen, dan verkrijgt deze zijde alle punten van de slagen en roem, en worden de punten verdriedubbeld. Als geen van beide zijdes de 100 behaalt, dan volgt er een nieuwe deling door dezelfde deler, en het spel gaat verder vanaf hier.

Hou een cumulatief bij van de punten in streepjes, per 100 punten één streep. Bepaal vooraf wat het eindtotaal is om het spel te winnen.

variant
oudere vormen van het spel gebruiken de Jas als een wilde kaart, die geen regels hoeft te volgen als het de laatste troef nog op handen is. 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten